Zaterdag 24 augustus 2013; de dag dat ik de Stelvio ga beklimmen vanaf Prato allo Stelvio waar wij verblijven. Ik kijk er niet heel erg tegenop, maar na het ontbijt laat mijn maag weten dat ik toch enige zenuwen heb. Vervelend, want ik kan alle energie goed gebruiken.
We hebben ‘m de dag voor de beklimming met de auto verkend. Ik weet wat me te wachten staat, ik weet waar het beter loopt en waar het stijl is. Of eigenlijk; waar het steil is en waar het steiler is.
Maar als je dan fietst, dan is de beleving toch wel heel anders. Het eerste deel, de eerste 11 kilometer, van de beklimming heet “goed te lopen”. Maar ook daar is het – helemaal voor Nederlandse begrippen – al stevig klimmen. Eigenlijk geldt het alleen voor de eerste 8 kilometer, waar de percentages nog (net) niet boven de 7% komen. Vanaf kilometer 9 tot en met 25 komen de percentages daar vrijwel niet meer onder. De laatste 13 kilometer komt het percentage niet meer onder de 7,7%.
Oke, tot zo ver de feitjes Die gegevens zeggen nog niks over hoe je zo een klim beleefd. Natuurlijk kan ik niet voor iedereen spreken; maar ik heb afgezien tijdens de beklimming. Echt afgezien. Mijn benen waren goed, mijn hart en longen deden prima hun werk, daar lag het niet aan. Wel kom je jezelf verschrikkelijk tegen.
Het eerste deel van de klim ging dat nog goed; ik trapte de kilometers redelijk goed onder mijn wielen weg. Ondertussen genoot ik van de omgeving; de bergbeek die naast de weg naar beneden donderde en de rustieke dorpjes. De eerste twee bochten van de 48 (!!) kondigen zich aan.
Een stijl stuk in het bos volgt, de benen beginnen wat vervelend te voelen, maar in de bochten die ik tegenkom pak ik even rust. Het werkt, de benen herstellen snel en ik kan door. Gister tijdens de autoverkenning vond ik dat stuk in het bos spannend, het deed me denken aan het stuk door het bos tijdens de beklimming van de Mont Ventoux in juni dit jaar; ook zo heftig.
We komen na het bos bij een restaurant langs en daar heb ik voor het eerst echt de neiging om af te stappen en een lekker bakje te gaan doen. De strijd met mezelf begint nu serieus te worden. Telkens komt dat stemmetje terug: “je mag best even afstappen”, maar ik zet me er overheen en trap door; ik wil zonder stoppen de top halen!
Een haarspeldbocht, met het nummer 30. Ik weet nog van gister dat het nu begint; de bochten gaan elkaar nu snel opvolgen. Ik weet ook; nu wordt en blijft het stevig werken tot aan de top. De longen en het hart blijven prima hun werk doen; mijn ademhaling en hartslag zijn constant. De benen worden duidelijk minder goed; mijn snelheid zakt licht. Ik vind het niet erg; ik heb nog steeds een ritme dat ik vol kan houden. Al gaat dat laatste met moeite; de strijd met mezelf wordt steeds heftiger.
Zo nu en dan kijk ik bij een bocht naar het nummer ervan. Wat ik me nog herinner is dat ik bochten 24, 15 en 10 heb gezien. Ik was blij met de begeleiding van A. die foto’s maakt en me in de tussentijd nog van een nieuwe bidon voorziet. Het feit dat zij langs de kant staat helpt al om niet op te geven.
We naderen bocht 4; een bocht waarin mijn gedachten uitgaan naar KH. Hij moest daar vanwege een extreme hongerklop de klim opgeven en heeft de top net niet gehaald. Echt net niet! Maar ik begrijp het; want deze laatste kilometer klimmen is nog even retestijl. De percentages komen nog maar zelden onder de 10% en rust pakken in de bochten is er niet meer bij.
Dan komt daar bocht 1; de laatste. Anneke staat klaar om foto’s te maken. Lachen kan ik niet meer; ik heb afgezien en ben moe in het kopke. Maar ik fleur een beetje op bij de gedachte dat de finish dichtbij is. Wanneer ik die nader zie ik KR op de top staan. Versnellen lukt niet meer, maar ik kom er.
Wanneer ik bovenop van de fiets stap trillen mijn benen. Maar tot mijn grote verbazing ben ik minder kapot dan op de Ventoux! En dat na zo een knaller van een beklimming. Na de foto’s bij het bord van de Passo di Stelvio duiken we het restaurant in; eten en drinken. Voordat we aan de afdaling beginnen; de prachtige afdaling door Zwitserland heen. Wat een dag, wat een avontuur! Maar voorlopig was het wel even goed.