Er was eens, lang geleden, heel lang geleden….
Gelukkig is het geen sprookje, gelukkig hebben we in Nederland echt vrijheid van meningsuiting. Het is niet alleen in artikel 7 van de Nederlandse grondwet vastgelegd, maar ook in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en het Internationaal verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten. Tussen deze verdragen en wetgeving zijn trouwens wel nuanceverschillen aanwezig, maar de hoofdzaak is in alle gevallen wel hetzelfde.
Want wat is vrijheid van meningsuiting? Heeeeel kort? De vrijheid van burgers om hun overtuigingen kenbaar te maken, zonder controle vooraf door de staat. Dus.
Op mijn blog maak ik graag gebruik van mijn recht op vrijheid van meningsuiting. Soms hoor je daar dan niks op, maar in andere gevallen (zoals afgelopen week) krijg je een wereld aan reacties.
Wanneer iemand zijn mening uit, is de eerste reactie van de lezer en/of toehoorder vaak heel primair; je bent het er wel of niet mee eens en dat mag je kenbaar maken. Dat kan. Dat mag. Ook dat is vrijheid van meningsuiting.
Je mening geven is heel gemakkelijk, dat is een gevoelskwestie. Een discussie waar meningen worden gegeven eindigt vaak als een welles-nietes discussie; je bent het er wel of niet mee eens. Het wordt pas een boeiende discussie wanneer de lezer/toehoorder de vraag stelt: “Waarom vind je dat?”. Op die manier wordt degene die zijn/haar mening uitte gedwongen argumenten te geven voor die mening. Dat maakt de discussie veel boeiender en eerlijker.
Dus lees je een stuk waarin ik mijn mening geef en geen argumenten daarvoor geef? Vraag me dan eens waarom ik die mening toebedeeld ben, in plaats van primair vanuit gevoel te reageren…. zoals afgelopen maandag gebeurde (op Twitter).