De vraag klinkt; “Heeft een compact nu ook een voordeel ten opzichte van een triple?”. “Helaas niet”, antwoord ik. En het is waar, want er is tussen een compact en triple weinig verschil tussen het grootste blad voor en kleinste blad achter. We gaan het allemaal zwaar hebben tijdens deze training.
Wat we moeten doen? Een stuk van 2,5 kilometer fietsen, met de wind in de rug op het aller aller allerzwaarste verzet en vervolgens datzelfde stuk met de wind tegen achter wel één tandje lichter. Enthousiast ga ik er in, maar vooral tegen de wind in zakt mijn snelheid op een gegeven moment dramatisch in tot ongeveer 23 km/uur. Na één keer wind mee en één keer wind tegen keer je weer om voor één stuk actieve rust, wat betekent dat ‘ie voor op het kleine (compact) of middenblad (triple) mag.
De laatste actieve rust van de training rij ik, op mijn gemakje samen met G., met een snelheid van 32 km/uur. We hebben de wind in de rug en kletsen wat met elkaar. Dan het laatste zware blok. We blijven bij elkaar en beuken naast elkaar tegen de wind in op het één-na-zwaarste verzet op de fiets. Nog net kan ik uitbrengen: “Nu hebben we pech met ons 10de blad achter!”, maar de wind waait mijn woorden weg.
Dan draaien we om en zetten ‘m op het zwaarste verzet, de wind is weer in de rug. Mijn benen hebben eigenlijk niet zo veel zin meer om volle bak te gaan; dit doen we ook niet. Wel houden we flink de druk op de benen en fietsen daardoor wel snel, maar kunnen ook nog wat praten. Zo komen we bij de groep terug. Snel de versnelling voor weer op het middenblad en rustig uitfietsen. Wat een pittige training!