De nacht van zondag op maandag. Het is half 1 en ik lig nog niet in mijn bed. Jep, ik weet het, dat is laat en dan heb je meestal twee keer zo veel last van het maandaggevoel. De after-weekend-dip noem ik het maar.
Maar goed, het was dus pas kwart voor 1 voordat ik lag. Voordeel is dat ik redelijk snel ‘vertrokken’ was. Dacht ik, want een klein uur later werd ik wakker van geluiden van buiten. Dit klonk als het hek van de buurman… hé, om deze tijd? Even stiekem kijken of het gespuis is. Maar nee, een vrouw vertrok in haar witte Renault Twingo. In de stilte van mijn slaapkamer lach ik hardop; zou dit de nieuwe scharrel van de buurman zijn? In ieder geval niet iets om me druk om te maken, dus ik kruip weer onder de wol.
Weer een uur later schrik ik wakker van een auto met het een geluid als van een klopboor; Luide muziek en een uitlaat van het formaat schoorsteenpijp. Let wel, het is dus half 4 geweest op dat moment! Een blonde man stapt uit en scharrelt in de richting van het einde van het rijtje woningen waar ik woon. Ik vertrouw dit niet en noteer de kentekenplaat van de auto: SH-JH-01.
Weer kruip ik terug in bed; het is koud en ik ben doodop. Dan hoor ik de auto weer starten en wegrijden. Ik merk aan mezelf dat ik nu weer minder druk in mijn hoofd ben. Waarschijnlijk was er niks aan de hand, zeer waarschijnlijk, maar je weet het nooit helemaal zeker.
Vanochtend wordt ik vroeg wakker, ik stap uit bed, loop naar de badkamer en kijk in de spiegel. Pfoe, er is werk aan de winkel om dit hoofd weer helder te maken!