Ongelofelijk, wat een geluk heb ik weer gehad. Eergister. ’s Ochtend vroeg. Ik had in meerdere gevallen een engeltje op mijn schouder. Niet alleen omdat ik de vangrail slechts schampte, maar ook omdat de bus van de DJI mij net niet raakte. Het had niet niet veel gescheeld, of die was met een snelheidsverschil van in ieder geval 90 km/uur in mijn achterkant geramd. Gelukkig ging het door een samenspel van de stuurkunsten van de bestuurder van het busje en mijn eigen helderheid en inzicht dus goed en werd ik niet geraakt.
Als zoiets gebeurt gaat alles ineens heel snel en ben je volledig de controle kwijt. Het enige wat je kunt doen is niet in paniek raken. Wat mij ook opviel is dat je intuïtief toch allemaal dingen doet die ook weer goed zijn. Toen ik de vangrail schampte heb ik bijvoorbeeld direct mijn alarmlichten aangedrukt. Op zo een moment denk je niet alleen aan je eigen veiligheid, maar ook aan die van je medeweggebruikers. Apart, maar het gebeurt wel.
Een nogal plotseling invoegen van de automobilist voor me was overigens de oorzaak van het hele verhaal (hij had geen schade). Naderhand hebben we met alle betrokkenen – er was een auto achterop de bus van de DJI geklapt – staan praten. Iedereen kalm en rustig. Ik ook. Pas ’s avonds kwam het besef dat ik verschrikkelijk veel geluk heb gehad. Dat het heel anders had kunnen aflopen wanneer ik mijn alarmlichten niet had aangedrukt. Of de DJI-bus wel achterin mijn auto was geklapt.
Brrr. Niet aan denken. Ik had een engeltje op mijn schouder. Maar hoeveel heb ik er nog?